Een kale berg, met een ruïne erop, genaamd Cerro del Pozo, werd met veel passie, zweet en tranen, omgetoverd tot een autonome finca.
Met mijn inwendig vuur voor de natuur en architectuur, beschikte ik over de hoofdingrediënten voor de realisatie van mijn project : “een aards paradijs”.
De ruïne werd gerestaureerd met behoud van originele materialen en – bouwstijl. Principes van Feng Shui en de sacrale geometrie zijn er in verweven.
De landerijen omvatten bergen en plantages. De grootste is van olijven, daarnaast amandelen en vijgen. Allerhande fruitbomen (citroenen, appelsienen, perziken, nectarinen, pitanga, pruimen, mango, advocaat, appelen, peren, mispels, chirimoa etc..), aardbeien, druiven, physalis, kruiden, groenten, planten en bloemen vervolledigen het geheel.
Natuurvriendelijke producten zijn troef.
Mogen niet worden vergeten; de half wilde doch zo minzame poezen (waarvan eentje de kunst van het nietsdoen reeds beheerst en de andere dagenlang de bergen in reist).
Allen en alles heeft een onontbeerlijke plek in een zo evenwichtig mogelijk geheel.
Het water wordt gewonnen via een geboorde put, gelegen op 175 meter diepte. Het voorziet – halleluja // zonder water immers niets van leven – in de dagelijkse behoeften van drinkwater, huishoudelijk gebruik, irrigatie van de plantage en tuinen via een druppelsysteem, als het zwembad.
De elektriciteit wordt bezorgd via zonnepanelen en een windmolen.
Ik denk dat ik alles zo ongeveer heb vernoemd.